Het ICA jaarcongres dat in het weekend 23-24 november op de vergaderingen volgde, was alleen al gezien het aantal deelnemers, ruim 500, een succes. Inhoudelijk was niet alles even interessant, maar dat geldt voor ieder congres. Enkele keynote speakers waren vooral met open deuren bezig. Oproepen als: zorg dat je aan tafel zit, richt je naar buiten en vindt de weg naar de politiek kennen we al langer. Interessanter is, hoe pak je dat aan, maar daarover hoorden we van hen te weinig.
Boeiend vond ik een sessie over de betrokkenheid van het publiek bij het realiseren van toegang tot informatie. De Britse journalist David Clarke vertelde ons hoe dankzij sterke druk van het Britse publiek de vele dossiers over UFO's die zijn gevormd tijdens de Koude Oorlog behouden zijn gebleven en openbaar zijn gemaakt, terwijl vernietiging de bedoeling was. Sterker nog, deze dossiers kregen bij de selectie dezelfde speciale behandeling als de bescheiden van het het koninklijk huis! Het verhaal van Clarke deed me denken aan de Nederlandse hulpkaarten van het kadaster, die zijn gesubstitueerd en eigenlijk vernietigd moeten worden, maar door diezelfde druk nu waarschijnlijk behouden blijven. Soms weet het publiek zelfs de overbrenging van archieven te bevorderen. Dat overkwam het Britse ministerie van defensie, dat niet op tijd was met de voorgeschreven overbrenging en na koppen in de krant nu onder druk staat om actie te ondernemen. Al met al is het heel zinnig om onderzoekers en bredere publiek te betrekken bij beslissing rond selectie en vernietiging.
Sangmin Lee, lid van het SPA steering committee en o.m.
adviseur van de stad Seoel, zette uiteen hoe Seoel momenteel keihard werkt aan
het realiseren van open data. Sleutelfiguur daarin is burgemeester Park Won-soon. Vele miljoenen records en databestanden met betrekking tot het handelen
van de overheid zijn inmiddels online te raadplegen en kunnen worden hergebruikt.
Probleem is dat het digitale depot dat dit alles moet ondersteunen, nog niet
gereed is. Dat brengt me op de presentatie van Malcolm Todd (National Archives, UK), die terecht op een later
moment werd aangehaald door ICA-president Martin Berendse. Todd wees er op dat naast de
traditionele lijn van beschikbaar stellen van overheidsdata aan het publiek via de archivaris (na overbrenging) tegenwoordig nog andere lijnen richting publiek
onderscheiden moeten worden. Allereerst gaat het dan om het beschikbaar stellen
van bestanden door de overheden zelf via hun websites; ik zie dat als een
verdere uitbouw van de voorlichtingsfunctie. Daarnaast gaat het om het beschikbaarstellen door diezelfde overheden van hun data als 'open data'. Als vierde stroom noemde hij 'big
data', waarbij overheidsgegevens in groten getale voor het publiek beschikbaar komen en
worden hergebruikt. Grote vraag is: welke rol heeft de
archivaris in dit verhaal? Daar ligt een enorme uitdaging! Ik denk dat we die moeten oppakken door zo spoedig mogelijk het e-depot te
realiseren en dan niet alleen voor de op termijn te bewaren digitale data, maar ook voor alles wat te zijner tijd vernietigbaar is. Zo bieden we een goed kader voor het geheel van de overheidsinformatie. Onder dat geheel reken ik nadrukkelijk ook de licenties die
bij open data horen, die zijn onlosmakelijk verbonden met de data die zij
'open' maken.
Tijdens een sessie over
openbaarheid hoorde ik tot mijn verbazing dat het Franse
openbaarheidsregime veel strenger is dan bij ons. Wat mij vooral opviel was het
belang dat men hecht aan de 'mémoire des morts'. Ook overledenen hebben dus nog recht op privacy. Zo kon het gebeuren dat het Franse Nationaal Archief pas
na stevig onderhandelen met het Franse college bescherming persoonsgegevens CNIL toestemming kreeg om de gegevens online te plaatsen van soldaten die vochten in
de Eerste Wereldoorlog. En dan is het nog steeds mogelijk dat op last van
nabestaanden gegevens van het net worden gehaald!
Het was een vruchtbaar congres, waarbij in mijn oren een aangehaalde uitspraak van Rufus Pollock naklinkt: the coolest thing thing to do with your data will be thought of by someone else!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten