Afgelopen week nam ik deel aan een congres dat de sectie voor archiefverenigingen van de ICA (SPA) organiseerde samen met de Britse vereniging van archivarissen ARA, met als thema Advocating for Archives and Records, the Impact of the profession in the 21st Century. Een slecht internet bereik leidde ertoe dat ik mijn bevindingen eerst aan het papier moest toevertrouwen en pas nu blog.
Keynote speaker bij de opening woensdag was Arleen Cannata Seed, hoofd van de Bibliotheek en Archieven van de Wereldbank. Zij hield het bekende verhaal over de enorme overload aan informatie waar we mee te maken hebben en stelde zich de vraag hoe hiermee om te gaan als archivaris. Daar over nadenkend, vraag ik me af, of er nu werkelijk sprake is van zo'n enorme overdaad. In hoeveelheid is dat zeker het geval, want als je alles sms-jes zou willen bewaren of als je zoals al gebeurt, een internationaal twitter archief opzet,dan is het leed werkelijk niet te overzien. Dat geldt ook voor websites en hun content. Maar als je onderscheid maakt, en dat zijn we als archivarissen al heel lang gewend, dan is de situatie al heel anders. Daarvan een voorbeeld. Deze zomer nam ik mijn kwartierstaat door en googlede ik enkele avonden op internet om deze staat aan te vullen aan de hand van archiefbronnen maar vooral aan de hand van het genealogisch onderzoek van anderen. Al snel kwam ik er achter dat heel veel sites volstrekt dezelfde informatie bevatten en dus dubbelen. De hoeveelheid relevante informatie blijkt dan beduidend minder omvangrijk. Wel is veel informatie veel beter bereikbaar geworden en is het doen van onderzoek daardoor enorm vergemakkelijkt. Maar meer dan tevoren moet je er de weg in weten anders kan het een hopeloze dwaaltocht worden. We moeten ons niet gek laten maken door de overload, maar enerzijds goede wegwijzers bieden om informatie die er in andere vormen altijd al was goed te ontsluiten en anderzijds vooral veel digitaal materiaal vernietigen of desnoods ontoegankelijk maken. De openingslezing leidde voor mij tot interessante gesprekken met enkele Britten die heel geïnteresseerd bleken in de pivotmethode en daarover complimenten maakten. Ik heb hen uitgelegd dat pivot op de helling gaat en dat in de voorgestelde nieuwe systematiek onder meer trends een belangrijke rol zullen spelen. Daar zetten zij grote vraagtekens bij. Selecteren op grond van trends is, zo merkten zij terecht op, immers heel subjectief. Wel waren we het erover eens dat prioritering op grond van trends heel zinnig is, zo kun je snel inspelen op de wens van de klant.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten